Zaterdagmorgen, koffietijd. Een mooi moment om even naar het Oostersportpark te gaan, een bakkie halen aan de bar en dan kijken bij 2 leuke oefenwedstrijden, JO17 tegen SWZ en JO13 tegen ACV Assen. Mooie affiches. Het zonnetje schijnt, een leuk vooruitzicht.
Komend vanaf het parkeerterrein zie ik Thijs alweer druk in de weer op het plein tussen fietsenstallingen. “Hoi Johannes, kanst even met komme?” Ik zie aan hem dat hij geïrriteerd is en hij beent mij voor naar kleedbox B. “Kanst oek even een stukje op de site zette over de vernielingen in de boxen. Ik wurd d’r su langzamerhand strontziek van”.
Eerder heeft Thijs mij ook wel eens dingen laten zien die niet horen in een kleedkamer, en al helemaal niet bij Zeerobben. Maar kennelijk gebeuren ze toch. Meestal spreekt Thijs de betreffende leiders en/of trainers aan, dan volgt een excuus, eventueel een opruimaktie, zand erover en verder gaan we weer. Deze keer weet Thijs niet precies wie de daders zijn, maar eerder deze week was de deur met zoveel geweld dichtgeslagen dat deze uit de scharnieren was gebarsten. Weer veel werk van gehad om dat te repareren. Ook waren er weer afvalbakken vernield. Maar weer naar de winkel voor nieuwe. Dader(s) onbekend!
Ik krijg last van plaatsvervangende schaamte als Thijs mij vertelt dat hij bijna dagelijks achter dit soort zaken aan moet. Dat hij soms op de loer moet liggen om in de gaten te houden wat er allemaal gebeurt in en om onze kleedkamers.
M’n leuke vooruitzicht is opeens ver weg. Wat is dat toch? Waarom kunnen we na een training of wedstrijd niet gewoon douchen, omkleden, kleedkamer schoon achterlaten en naar de kantine of naar huis? En waarom is er kennelijk zo weinig toezicht door onze leiders en/of trainers op het gedrag van hun spelers, ook na een training of wedstrijd?
Wie moet ik nou aanspreken in een situatie als deze? Toch de suggestie van Thijs maar even gevolgd en dit stukje geschreven. In algemene zin, iedereen aansprekend. Het is een verantwoording van ons allemaal dat we onze spulletjes netjes beheren. Het voegt helemaal niets toe als je spullen van je club vernield. Wat zou daar de zin van kunnen zijn? Helemaal niets toch? En dan heb ik het nog niet eens over de irritaties die dit soort zinloze vernielingen veroorzaken bij vrijwilligers van de club die weer mogen opdraven om te repareren wat anderen uit pure baldadigheid vernielen.
Doe dat nou niet meer! En leiders/trainers: trek je verantwoordelijkheid voor de aan jou toevertrouwde groep na een training of wedstrijd nog een kwartiertje door. Hou toezicht, alleen je aanwezigheid kan al voldoende zijn om baldadigheden te voorkomen.
Na de valse start van dit bezoekje aan het Oostersportpark, gelukkig toch nog even kunnen genieten van het voetballen. Maar de koffie had een bijsmaak.
Johannes Woudstra, voorzitter
Laat een reactie achter